Natalie van Meirvenne is de uitdaging aangegaan om een woonzorgcampus uit de grond te stampen op de site van een oude melkerij te Gierle (Lille). De site, met een kleinschalig familiair karakter, maakt deel uit van groep Korian en opent in juni 2024 haar deuren. Woonzorgcampus Molenhof moet geen huis, maar een thuis worden voor bewoners. Dat is Natalie wel toevertrouwd, het innovatief zorgconcept heeft aan haar een zeer bevlogen directeur.
Meubilair, lepels, liften, bedden, nachtkastjes… alles is door Natalie en haar collega’s gekozen, besteld en binnengehaald. Vanaf de eerste steen volgt ze de bouw nauwkeurig, tot wat het nu is. “Ik wilde mijn schouders zetten onder een volledig nieuw woonzorgcentrum,” aldus Natalie. “De zorg staat onder vuur en dat vind ze jammer. Juist daarom wilde ik dit doen: met het gezicht van de zorg weer te veranderen. Het is een prachtig beroep, waarin je elke dag een verschil kan maken. Dat willen wij hier benadrukken. Zorg gaat om mensen. Dat is wat het vak zo mooi maakt.”
Iedereen die bij Molenhof werkt, heeft een zorgdiploma. “We hebben geen aparte medewerkers voor logistiek of animatie. Iedereen doet alles. Niemand is enkel met zorgtaken bezig, zoals wassen of in bed leggen. Dat gebeurt natuurlijk ook en is zeker belangrijk, maar iedereen heeft hier ook de tijd om te gaan zitten met de bewoners. Samen de krant lezen, een spel spelen of gewoon eens babbelen.” Dat is zowel voor bewoners als voor medewerkers van groot belang. Naast het zorggedeelte zijn veel behoeftes van bewoners immers emotioneel. “Daar kan je enkel aan beantwoorden, door naar hen te luisteren.”
Om die reden werkt deze woonzorgcampus niet met een vaste weekplanning voor activiteiten. “Hier geen bingo op maandag, karaoke op dinsdag. We kijken waar de bewoners op het moment behoefte aan hebben. Laatst haalden enkele bewoners herinneringen op aan droppings bij de scouts. ‘Als dat toch nog eens konden doen,’ verzuchtten iemand. ‘Waarom niet,’ antwoordde ik. Niet veel later werden acht bewoners op een avond met fakkels en al een camouflagetent gereden. Ze werden enkele kilometers van het centrum afgezet en vonden aan de hand van opdrachten hun weg terug.”
De directeur vindt het zonde dat weinig jongeren vandaag de dag kiezen voor een carrière in de zorg. “Natuurlijk kom je schrijnende situaties tegen, maar er is ook veel dankbaarheid. Niet alleen vanuit bewoners, ook vanuit families. Veel familieleden zorgen al veel te lang voor een geliefde dat dit zij tol. Hier krijgen ze de mooie momenten met hun geliefde weer terug. Een man komt hier elke dag zijn vrouw eten geven. Maar ’s ochtends kan hij wel rustig thuis ontbijten. ’s Nachts kan hij rustig slapen. Daardoor worden de momenten die hij samen met zijn vrouw heeft waardevol.”
Ondanks de uitdagingen waarmee de zorg kampt, blijft Natalie ernaar streven een echt thuis te bouwen voor bewoners. “Je moet je organisatie continu onder de loep blijven nemen. Als bepaalde dingen moeilijk te regelen zijn, dan zoeken we samen met de bewoners naar alternatieven. Ze hebben in veel leven achter de rug, moesten vroeger ook vier kinderen tegelijk klaarmaken voor school. Ze begrijpen wat dat vergt. Zolang er begrip is en wederzijdse nieuwsgierigheid tussen de bewoners en de medewerkers, kunnen wij hun familie zijn.”